Hoofdstuk 3.4.5.2. Melding collectief ontslag aan UWV-werkbedrijf
De informatie die het UWV Werkbedrijf ontvangt komt overeen met de gegevens die hoorde bij de melding aan de betrokken werknemersvereniging. Daarnaast ontvangt het UWV een uitwerking van de melding aan de vakorganisaties met het verloop van het overleg, als dat laatste reeds heeft plaatsgevonden. Een afschrift van de melding aan de betrokken werknemersverenigingen wordt gevoegd bij datgene dat de werkgever aan het UWV Werkbedrijf doet toekomen. Hierbij wordt bovendien aangegeven of er een ondernemingsraad is, of deze advies moet uitbrengen en wanneer dit advies is gevraagd of reeds is gegeven. De melding wordt vergezeld of gevolgd door de verzoeken om ontslagvergunningen voor bepaalde medewerkers. Van de melding aan het UWV Werkbedrijf wordt een afschrift gestuurd naar de betrokken werknemersverenigingen.
Wachttijd na melding aan het UWV Werkbedrijf
Niet altijd begint het UWV Werkbedrijf meteen met het in behandeling nemen van de individuele ontslagaanvragen. Dat is namelijk alleen het geval, wanneer de werkgever het voornemen om tot collectief ontslag over te gaan aan de betrokken werknemersvereniging heeft medegedeeld, terwijl deze bovendien reeds is geraadpleegd en die vereniging(en) zich met de aanvraag verenigen. De werkgever dient dit bij de melding aan het UWV Werkbedrijf door te geven (art 6a WMC).
Heeft de werkgever de werknemersvereniging alleen ingelicht maar nog geen overleg gepleegd, dan neemt het UWV Werkbedrijf een wachttijd van een maand in acht. Deze wachttijd duurt langer, als na het verstrijken van die maand de betrokken werknemersvereniging nog niet is uitgenodigd voor overleg of wanneer de ondernemingsraad nog geen advies heeft uitgebracht. In dergelijke gevallen duurt de wachttijd tot de tijd dat voorgaande wel heeft plaatsgevonden (art 6 WMC). De wachttijd van een maand begint pas te lopen wanneer de mededeling aan de belanghebbende werknemersvereniging heeft plaatsgevonden.
Afwijken van de maand wachttijd is mogelijk, als anders de continuïteit van de organisatie in gevaar komt, waardoor er ook ontslag dreigt van andere medewerkers. In dat geval vraagt de werkgever aan het UWV of deze van de wachttijd wil afwijken, wat hij motiveert door de financiële positie van zijn organisatie duidelijk te maken (art 6-3 WMC).
Binnen de wachttijd kan het UWV Werkbedrijf (laten) onderzoeken of de beëindiging van de arbeidsovereenkomsten voorkomen kan worden. Hiervan wordt een rapport opgemaakt dat bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid terechtkomt (art 1:3 OB). Zijn er mogelijkheden om met overheidssteun tot een oplossing te komen, dan zal dit doorgaans reeds voor de melding aan het UWV Werkbedrijf samen met de werknemersverenigingen uitgezocht zijn.
Het UWV Werkbedrijf dat overgaat tot het in behandeling nemen van de individuele ontslagaanvragen, volgt daarbij de procedure zoals in hoofdstuk 3.4.3. wordt uitgewerkt (3.4.3.). Hoofdstuk 3.4.5.3. gaat nader in op de vraag, wie er voor ontslag in aanmerking komt (3.4.5.3.).
Betrokkenheid van meerdere UWV’s.
Het verzoek om een vergunning moet ingediend worden bij het UWV Werkbedrijf binnen wiens werkgebied de medewerker werkzaam is. Bestaat er het voornemen om 20 of meer medewerkers te ontslaan binnen een werkgebied van een UWV, dan is er sprake van een collectief ontslag, als dit gebeurt om bedrijfseconomische redenen. Naast de vergunningen die bij dit UWV Werkbedrijf worden aangevraagd, is het mogelijk dat er ook vergunningen worden aangevraagd bij andere UWV’s. Dat doet zich voor als van de groep medewerkers die voor ontslag in aanmerking komt er medewerkers binnen het werkgebied van een ander UWV Werkbedrijf vallen. Voorgaande brengt met zich mee dat er dan meerdere UWV’s verzoeken krijgen voor vergunningen en mogelijk dat er bij meerdere UWV’s een melding van collectief ontslag moet plaatsvinden. Het UWV Werkbedrijf dat hoort bij het gebied waar de werkgever zijn hoofdvestiging heeft, zal dan doorgaans coördinerend optreden (art 1:2-4 OB). Het is ook mogelijk dat een centrale organisatie van de coördinatie op zich neemt. De functionaris die coördineert is de contactpersoon van de werkgever, met wie de te volgen procedure besproken kan worden. Bij de hierna te behandelen vraag – wie er voor ontslag in aanmerking komt – wordt er een beoordeling gemaakt per vestiging.
Specialist
Bij Arbeidsrechter.nl zijn er meerdere specialisten die u kunnen bijstaan. Over dit onderwerp kunt u in het bijzonder worden bijgestaan door de heer mr. U. Hoogland. Hij is namelijk degene die over dit onderwerp de NOVA-erkende Masterclass geeft aan advocaten.
Heeft u een geschil en wilt u dat bespreken met de heer Hoogland?
Bel dan 08877-08855 (het eerste advies is geheel gratis en vrijblijvend).
Kijk hier voor meer informatie over de heer Hoogland en over de Nova masterclasses.
Wat is een passende vergoeding bij ontslag?
- Datum in dienst
- Brutoloon per maand
- Wat is de reden van ontslag?
Met onze gratis toolbox rekent u alles tot in detail door: Toolbox ontslagkosten
Bespreek uw mogelijkheden gratis met een specialist: Toolbox ontslagkosten
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 3 over het einde van een dienstverband. U vindt hierin informatie over:
3.1. Arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege
3.2. Arbeidsovereenkomst eindigt met wederzijds goedvinden
3.5. Ontbinding arbeidsovereenkomst door kantonrechter (overige gronden)
3.6. Ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst en overlijden
3.7. Werkloosheid
3.8. Sociaal-plan en outplacement
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.