Inhoudsopgave hoofdstuk 3.3. - Opzegging zonder toestemming UWV
3.3. Opzegging arbeidsovereenkomst zonder toestemming UWV
3.3.1. Opzegging arbeidsovereenkomst tijdens de proeftijd
3.3.1.1. Hoe wordt de arbeidsovereenkomst opgezegd tijdens proeftijd?
3.3.1.2. Gevolgen van een nietige proeftijd
3.3.2. Ontslag op staande voet
3.3.2.1. Instellen onderzoek voor ontslag op staande voet
3.3.2.2. Motiveren opzegging ontslag op staande voet
3.3.2.3. Is er een dringende reden voor ontslag op staande voet?
3.3.2.3.A. Niet voldoen aan redelijk bevel of opdracht werkgever
3.3.2.3.B. Het buiten staat geraken om werk te verrichten
3.3.2.3.C. Misleiden tijdens de sollicitatieprocedure
3.3.2.3.D. Diefstal, verduistering, bedrog en andere misdrijven
3.3.2.3.E. Dronkenschap
3.3.2.3.F. Mishandeling, grovelijk belediging en bedreiging
3.3.2.3.G. Beschadigen of in gevaar brengen
3.3.2.3.H. Niet verrichten werk door afwezigheid werknemer
3.3.2.4. Reactie van de werknemer en vorderingen van de werkgever
3.3.2.5. Ontslag op staande voet, genomen door de medewerker
3.3.3. Opzegging tegen pensioendatum
3.3.4. Opzegging tijdens faillissement
3.3.4.1. Verhaal op boedel voor werknemers tijdens faillissement
3.3.4.2. Opzeggingsvoorschriften tijdens faillissement
3.3.4.3. Doorstart onderneming na faillissement
3.3.4.4. Surséance van betaling
3.3.5. Opzegging door werknemer