Hoofdstuk 4.1.4. Hoe en wanneer moet het loon betaald worden?
Hoe en wanneer?
Het loon is door de werkgever verschuldigd en moet betaald worden zonder daaraan enige voorwaarden te verbinden. Hoe het salaris betaald wordt kan verschillen (4.1.4.1.) , wat ook geldt voor het tijdstip van uitbetaling (verstrekking) (4.1.4.2.). Het is gebruikelijk om overeen te komen dat het loon giraal uitbetaald wordt. Dit overmaken van het loon vindt doorgaans per maand of vier weken plaats, dan wel in een kwartaal twee keer per vier weken en één keer per vijf weken. Een afwijkende regeling geldt er voor incidenteel loon (jaarlijks) en loon dat afhankelijk is van gegevens uit boeken of bescheiden van de werkgever (4.1.4.3.).
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 4 over de arbeidsvoorwaarden. Oftewel de tegenprestatie waarvoor werknemers bij een werkgever werken op grond van de arbeidsovereenkomst. U vindt in dit deel informatie over:
4.1. Loon (o.a. minimumloon, tijdstip betalen, loon vorderen, beslag)
4.2. Vakantie (o.a. vakantierechten opbouwen en opnemen, vakantiegeld)
4.3. Pensioen (o.a. opbouwen, afkopen, einde dienstverband)
4.4 VUT-regeling
4.5. Afdracht van loonbelasting en premies
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.