Collectief ontslag
In geval van collectief ontslag gelden er nadere eisen wat betreft de melding aan het UWV en het raadplegen van de vakbonden.
Is er sprake van collectief ontslag?
Dat doet zich voor als er binnen 3 maanden binnen een werkgebied van een UWV-vestiging, 20 of meer werknemers ontslagen worden op bedrijfseconomische gronden.
- Dat ziet op iedereen met een arbeidsovereenkomst (niet bestuurders en niet degene in dienst bij de overheid).
- Dat geldt voor iedereen die ontslagen wordt via het UWV, de kantonrechter of in goed overleg weggaat met een beëindigingovereenkomst. De meeste ontslagen die via de kantonrechter verlopen zullen niet meetellen, want dat zal doorgaans zien op andere gronden voor het ontslag. Ontslag op andere gronden tellen niet mee. Evenmin tellen mee de werknemers die in de proeftijd ontslagen worden, werknemers die zelf ontslag nemen en ontslagen zijn door afloop seizoenwerk.
- Binnen een werkgebied betekent dat werknemers meetellen die in het werkgebied werkzaam zijn. In geval van twijfel wordt er nader gekeken naar de standplaats van de werknemer, gevolgd door de vestigingsplaats van de werkgever en tot slot de woonplaats als doorslaggevende factor.
Wanneer moet de melding plaatsvinden?
De melding is nodig zodra het voornemen bestaat om mensen op bovenstaande wijze te ontslaan, derhalve niet eerst na overeenstemming over de beëindigingsovereenkomst. Dat voornemen dient te zien op minimaal 20 ontslagen die binnen een periode van 3 maanden vallen. Na overgang van onderneming moet de verkrijger nog zelf een melding doorgeven, dus ook als de voorganger al melding had gedaan. Het is mogelijk een melding te doen die betrekking heeft op meerdere ontslagrondes in meerdere periodes van 3 maanden.
Melding
De melding aan de vakbond ziet op een vakbond die als belangenbehartiger bekend is en/of tenminste twee leden in de onderneming heeft, wat desnoods intern onderzocht wordt.
De melding betekent dat de vakbond en het UWV beide een brief krijgen met daarin het voornemen. De vakbond krijgt als bijlage de kopie van de brief aan het UWV en het UWV krijgt als bijlage de brieven aan de vakbonden.
In de brief staat de motivatie rond het ontslag, waarbij ook wordt ingegaan op de mogelijkheden om ontslagen te voorkomen of te verminderen en de mogelijkheden om de gevolgen te verzachten. Dat laatste kan bijvoorbeeld door een eventuele afvloeiingsregeling en door maatregelen gericht op herplaatsing of omscholing. De brief geeft ook aan wanneer en op welke wijze het ontslag zal verlopen. In de brief staat een toelichting op het aantal ontslagen per functie met de gegevens om de uitwisseling en afspiegeling na te lopen. Daartoe wordt doorgaans een personeelsoverzicht verstrekt met daarop alle werknemers, onderverdeeld per functie, met leeftijd, diensttijd, arbeidsomvang in uren. De brief geeft bovendien aan of er een ondernemingsraad is, alsmede of de raad om advies is gevraagd. Zie artikel 4 WMCO.
Na de melding dient de werkgever het UWV op de hoogte te houden van het raadplegen van de vakbond en ondernemingsraad.
Behandelen ontslagaanvragen na de melding en het raadplegen
Voor het indienen van de ontslagaanvragen, dient de melding plaats te vinden bij het UWV en de vakbond. Het UWV neemt de ontslagen bovendien pas in behandeling, na een verklaring van de werkgever dat raadpleging van de vakbond en (indien nodig) de ondernemingsraad heeft plaatsgevonden. In de aanvraag van het ontslag dient derhalve schriftelijk verklaard te worden dat de vakbond en ondernemingsraad is geraadpleegd.
Raadplegen betekent dat de vakbond de kans heeft gekregen om in overleg haar standpunt duidelijk te maken. Gelijk met raadpleging staat de situatie dat de vakbond niet op een overleg komt en daartoe wel minimaal twee weken van te voren is uitgenodigd. Raadpleging van de ondernemingsraad betekent dat de raad advies heeft gegeven, dan wel dat de raad daarvan afziet of dat de raad een uiterste datum die ligt na een overlegvergadering aan zich voorbij laat gaan. In geval de ondernemingsraad negatief adviseert, moet de werkgever minimaal een maand wachten voordat deze de ontslagaanvraag indient.
Raadplegen kan in noodsituaties overgeslagen worden, wanneer de werkgever weet aan te tonen dat herplaatsing van werknemers en de overige werkgelegenheid in de onderneming daardoor te zeer in het gedrang komt. Bij de aanvraag moet gemotiveerd om ontheffing gevraagd worden dat snelheid geboden is om op korte termijn op de loonkosten te besparen. Mogelijk wordt in verband van dezelfde snelheid een verzoek ingediend om te kunnen volstaan met een minder vergaande overlegging van cijfers.
Vernietiging ontslag
Niet alleen het UWV zal toezien op naleving van voorgaande melding en raadpleging, ook een werknemer kan hierop een beroep doen. Is er namelijk in strijd gehandeld met de Wet Melding Collectief Ontslag, dan kan het ontslag na de toestemming van het UWV wegens overtreding van de WMCO vernietigd worden (artikel 7 lid 2 WMCO en artikel 7:681 lid 1 sub a BW). Het is zelfs mogelijk om de beëindigingsovereenkomst te vernietigen wanneer deze is gesloten in een situatie dat de WMCO niet is nagekomen. Een kantonrechter die een dergelijk bedrijfseconomisch verzoek krijgt, moet ook nagaan of de WMCO van toepassing is en of de melding en raadpleging heeft plaatsgevonden.
Deze informatie is voor cursisten die bij ons een opleiding arbeidsrecht volgen.
Leren bij de specialist – Het opleidingsinstituut van AN-i
AN-i is volledig gespecialiseerd in het arbeidsrecht. Wij verzorgen de website Arbeidsrechter.nl en onze specialisten procederen voor rechtbanken. Vanuit deze expertise bieden wij op meerdere niveaus opleidingen en cursusdagen aan. Van de beginnende personeelsmedewerker tot en met een gespecialiseerde advocaat volgen bij ons scholing.
Inmiddels_hebben wij voor vele opdrachtgevers opleidingen verzorgd:
Werkgevers: o.a. ING, KPN, CZ, GGD, IKEA, Keerpunt, LogicaCMG, Nationale Nederlanden, Parnassia, Rabobank, RIAGG, Sociale Verzekeringsbank en het UWV.
Advocatenkantoren: o.a. Boekel de Nerée, Van Diepen Van der Kroef, Labee, Boels Zanders, Cleerdin Hamer, Houthoff Buruma, Damsté, Schouten en Lagro.
Ons instituut is geregistreerd in het CRKBO en is bovendien geaccrediteerd door: MZ, RB, MfN (voorheen NMI), de Nederlandse Orde van advocaten en NIRPA.