Hoofdstuk 5.1.11.4. Geschillen en de rol van de bedrijfscommissie
Geschillen over adviesplichtige besluiten
Een geschil over een besluit dat afwijkt van een advies van de ondernemingsraad of waarover de ondernemingsraad niet om advies is gevraagd wordt voorgelegd aan de ondernemingskamer van het gerechtshof te Amsterdam (5.1.5.5.). Het is wel mogelijk om de beslissing van de kantonrechter te vragen over de vraag of de ondernemer het advies had moet vragen (5.1.5.2.) (art 36-5 WOR).
Overige geschillen over de Wet op de ondernemingsraden
Andere dan bovengenoemde geschillen komen voor de kantonrechter (art 36-1 WOR). De belanghebbende kan er voor kiezen om bemiddeling van de bedrijfscommissie te vragen, maar dat is niet langer verplicht. Wordt er ondanks de bemiddeling door de bedrijfscommissie geen oplossing gevonden, dan zal deze binnen twee maanden een verslag met advies uitbrengen. Een partij kan zich ook direct met een verzoek tot de kantonrechter wenden (art 36 WOR).
In geval de ondernemingsraad van oordeel is dat een bestuurder zonder instemming een besluit heeft genomen dat instemmingsplichtig is op grond van artikel 27 van de WOR, dan kan dat met een schriftelijke verklaring binnen een maand vernietigd worden (art 27-4 WOR). De termijn van een maand wordt gerekend vanaf het bekend worden van het besluit, terwijl als dat niet bekend is gemaakt de maand worden gerekend vanaf het moment dat bekend is dat er uitvoering aan het besluit wordt gegeven.
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 5 over de medezeggenschap. U vindt in dit deel informatie over collectieve regelingen die voor werkgevers en werknemers gelden op grond van hun arbeidsovereenkomsten:
5.1. Ondernemingsraad (o.a. instellen, advies, instemming, recht op informatie)
5.2. Arbeidsomstandigheden bij de werkgever (o.a. arbobeleid, arbeidsinspectie)
5.3. Arbeidstijden voor werknemers (o.a. vaststellen, veranderen)
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.