Specialisten informatie - bij hoofdstuk 4.3
Aangaan vaststellingsovereenkomst en wilsovereenstemming in verband met vroegpensioen
Hof Den Bosch 3 juni 2014 en 12 mei 2015, in de zaak in de zaak Werknemer / Havam
Een werknemer krijgt een voorstel om vervroegd uit dienst te treden, waartoe zijn werkgever het inkomen gaat aanvullen, dusdanig dat de werknemer netto een gelijk inkomen krijgt. De werkgever gaat er daarmee niet op achteruit in zijn inkomen. Dit wordt deels gefinancierd met de pensioenvoorziening(en) die er zijn. Nu is het de vraag of naast de VUT-regeling, ook de regeling voor vervroegd pensioen wordt aangesproken. De werknemer stelde dat dit niet was overeengekomen, want deze regeling voor vervroegd pensioen gaat ten koste van het ouderdomspensioen. De werknemer wenst dat niet en probeert dit verschil op de werkgever te verhalen. De werkgever stelt dat onderdeel van de regeling is dat ook deze regeling voor vervroegd pensioen wordt meegenomen. De werknemer stelt eerst dat de werkgever wanprestatie pleegt door ten onrechte dat mee te nemen, waarop de werkgever stelt dat het meenemen hiervan bedongen was en het ook niet anders kan. De werknemer stelt vervolgens dat zijn werkgever wist dat hij bij een juiste voorstelling van zaken deze regeling niet had gesloten. De werknemer moet deze dwaling bewijzen en slaagt daarin niet, mede door de eigen verklaringen.
Volgens de Hoge Raad:
“Tussen partijen staat vast dat het de bedoeling was dat het inkomen van [appellant] tot de pensioengerechtigde leeftijd hetzelfde zou blijven, ondanks het vertrek van [appellant] bij Havam. Slechts daarvan was Havam op de hoogte. Niet valt in te zien waarom Havam op grond van de onderliggende berekening moest weten dat voor [appellant] van doorslaggevend belang was dat de VPtech niet tot uitkering zou komen. Voorts is het hof van oordeel dat, voor zover [appellant] met deze stelling heeft bedoeld een grondslag aan zijn vordering toe te voegen, dat in strijd is met de in artikel 347 lid 1 Rv besloten liggende zogenaamde twee-conclusie-regel.”
Naar de uitspraak
Naar de uitspraak
Werkgever handelt niet als goed werkgever door alsnog bijdrage in pensioen te vragen
Hof Leeuwarden 25 september 2012 in de zaak werknemer / Privateer Yachts
Een werkgever die ten onrechte een CAO in 5 jaar tijd niet is nagekomen, wordt onder andere verplicht om alsnog de pensioenpremie te betalen. De werkgever laat de werknemer weten dat deze dan ook zijn deel van de pensioenopbouw moet betalen. De werkgever heeft dat zelf aan de pensioenfonds al moeten betalen, waarna de werkgever dat kan verhalen op de werknemer. Hoewel de periode waarover betaald moet worden al meer dan 5 jaar gelden achter partijen ligt, speelt verjaring hier niet. De werkgever mag verhaal zoeken op de werknemer voor het werknemersdeel, nadat de werkgever zelf deze premie heeft betaald. Nu de werkgever pas veel later heeft betaald, is de verjaringstermijn van vijf jaar nog niet verstreken.
De vraag is dan of de werkgever in alle redelijkheid nog verhaal mag zoeken op de werknemer. De werkgever had overigens aan de werknemer een betalingsregeling aangeboden, zodat de werknemer in termijnen en zonder rente zijn werknemersdeel kan voldoen. Er deed zich evenwel een bijzonderheid voor, namelijk dat de werkgever een vonnis had waarmee deze de pensioenschade op een derde kon verhalen, waarvan zij evenwel door een regeling met die derde heeft afgezien. Met deze achtergrond vond het hof het onredelijk om daarboven ook verhaal op de werknemer te zoeken, zodat deze vordering strand in het goed werkgeverschap.
Volgens de Hoge Raad:
“13. Wanneer juist is dat in dit bedrag van € 63.309,26 het werknemersdeel van de pensioenpremies is begrepen, geldt het volgende. Privateer en [directeur Beheer B.V.] hadden kennelijk over en weer vorderingen op elkaar. Het stond hen ter beëindiging van deze geschillen vrij een allesomvattende regeling te treffen en het stond Privateer in dat kader eveneens vrij af te zien van haar recht tot executie van het vonnis van de rechtbank van 16 december 2009. Dat neemt niet weg dat Privateer in dit vonnis een vergoeding is toegekend voor de door haar geleden schade ter zake van de afdracht van tot 1 januari 2005 aan het Bedrijfstakpensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Nu niet gesteld of gebleken dat deze vordering niet inbaar was, moet ervan worden uitgegaan dat dit het geval is geweest. Door in die omstandigheden alsnog betaling van het aandeel van [appellant] in de verschuldigde pensioenpremies te vorderen handelt Privateer ten opzichte van [appellant] niet als een goed werkgever. “
Deze informatie is voor cursisten die bij ons een opleiding arbeidsrecht volgen.
Leren bij de specialist – Het opleidingsinstituut van AN-i
AN-i is volledig gespecialiseerd in het arbeidsrecht. Wij verzorgen de website Arbeidsrechter.nl en onze specialisten procederen voor rechtbanken. Vanuit deze expertise bieden wij op meerdere niveaus opleidingen en cursusdagen aan. Van de beginnende personeelsmedewerker tot en met een gespecialiseerde advocaat volgen bij ons scholing.
Inmiddels_hebben wij voor vele opdrachtgevers opleidingen verzorgd:
Werkgevers: o.a. ING, KPN, CZ, GGD, IKEA, Keerpunt, LogicaCMG, Nationale Nederlanden, Parnassia, Rabobank, RIAGG, Sociale Verzekeringsbank en het UWV.
Advocatenkantoren: o.a. Boekel de Nerée, Van Diepen Van der Kroef, Labee, Boels Zanders, Cleerdin Hamer, Houthoff Buruma, Damsté, Schouten en Lagro.
Ons instituut is geregistreerd in het CRKBO en is bovendien geaccrediteerd door: MZ, RB, MfN (voorheen NMI), de Nederlandse Orde van advocaten en NIRPA.