Hoofdstuk 4.1.4.1. De wijze waarop werkgever loon moet betalen
Girale betaling
De werkgever moet het loon in geld rechtstreeks aan de medewerker uitbetalen, doorgaans door dit op een bank- of girorekening over te maken (art 7:620 BW). Bij uitzondering wordt het loon contant betaald, bijvoorbeeld op de plaats waar de arbeid wordt verricht (art 7:622 BW). Thans moet echter in ieder geval wel het netto equivalent van het wettelijk minimumloon giraal worden overgemaakt (art 7a WML). Het is in beginsel niet toegestaan om het geld anders uit te keren, zoals in vreemde valuta, grondstoffen, edelstenen, metaal etc. (4.1.1.). Handelt de werkgever in strijd met voorgaande, dan mag de werknemer de verstrekte goederen of vreemde valuta behouden. Daarnaast kan de medewerker alsnog een juiste uitkering vorderen, binnen zes maanden na de datum waarop de verkeerde verstrekking plaatsvond. Een bovenmatige vordering kan wel door de rechter gematigd worden (art 7:621 BW).
Het is nog steeds toegestaan dat de werknemer een volmacht verleent om het loon aan een derde te betalen. In het bijzonder als de werknemer zelf geen bankrekening heeft of in de minnelijke schuldhulpverlening komt een dergelijke volmacht voor. In dat laatste geval kiest de werknemer er zelf het loon over te maken naar een derdenrekening die op naam staat van een organisatie die minnelijke schuldhulpverlening biedt.
Verstrekkingen
De voldoening van andere loonbestanddelen (auto, kleding, onderricht etc), die niet in geld zijn vastgesteld, gebeurt volgens de (collectieve) arbeidsovereenkomst (art 7:620-3 BW). Kan hij die loonbestanddelen niet verstrekken, dan mag de werkgever deze compenseren met geld, wat hij anders in beginsel niet eenzijdig mag veranderen.
Uitkering in buitenlandse valuta
Voor medewerkers die in het buitenland werken en wonen kan het zinvol zijn dat uitbetaling plaatsvindt in vreemde valuta van dat land. Met iedere medewerker kan de werkgever overeenkomen dat er in vreemde valuta wordt uitgekeerd (art 7:620 BW). Medewerkers kunnen echter ondanks deze afspraak eisen, dat na de eerst volgende uitbetaling de uitkering plaatsvindt in euro’s. Is omrekening nodig, dan geldt als uitgangspunt de koers van de dag waarop de betaling plaatsvindt. Het gaat dan doorgaans om de koers in de plaats en op het tijdstip waar de werkgever het geld uit moet betalen.
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 4 over de arbeidsvoorwaarden. Oftewel de tegenprestatie waarvoor werknemers bij een werkgever werken op grond van de arbeidsovereenkomst. U vindt in dit deel informatie over:
4.1. Loon (o.a. minimumloon, tijdstip betalen, loon vorderen, beslag)
4.2. Vakantie (o.a. vakantierechten opbouwen en opnemen, vakantiegeld)
4.3. Pensioen (o.a. opbouwen, afkopen, einde dienstverband)
4.4 VUT-regeling
4.5. Afdracht van loonbelasting en premies
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.