Hoofdstuk 3.7.3. Behoud van de WW-uitkering
Voor het behoud van de uitkering op grond van de werkloosheidwet is het van belang dat de werkloze zich aan bepaalde voorschriften houdt. Doet hij dat niet, dan kan de uitvoeringsinstelling verplicht zijn om de uitkering te schorsen, op te schorten, te korten of in te trekken. Komt de uitvoeringsinstelling er achter dat er geen recht (meer) bestaat op een uitkering of dat deze lager moet zijn, dan wordt betaling direct geschorst. Dit heeft terugwerkende kracht over de periode dat degene te veel uitkering ontving. Was de werkloze redelijkerwijze niet op de hoogte van het feit dat hij ten onrechte (te veel) uitkering kreeg, dan vordert de uitvoeringsinstelling het bedrag terug vanaf de datum dat degene hiervan op de hoogte is gesteld. Terugbetaling blijft achterwege wanneer dringende redenen zich hiertegen verzetten.
Niet elke overtreding wordt even zwaar aangerekend. Daarom verdeelt het UWV de verschillende soorten overtredingen in groepen, waarbij percentages horen van inkorting op de uitkering. Maar de uitkering kan extra omlaag gaan of voor een langere periode, wanneer vaker dezelfde fout gemaakt wordt.
De werkloze kan daarnaast ook een boete krijgen, wanneer bijvoorbeeld is gefraudeerd met de uitkering, zoals het bewust achterhouden van informatie. Ook bestaat de kans dat het UWV dan aangifte doet.
Rechten voor de werkloze
De uitkeringsgerechtigde heeft echter ook een aantal rechten:
- De werkloze mag altijd zijn gegevens inzien en mag aangeven dat ze gewijzigd dienen te worden wanneer ze niet kloppen. Het UWV dient deze gegevens geheim te houden en er vertrouwelijk mee om te gaan. Ook mag de werkloze iemand meenemen naar de afspraken bij het UWV.
- Voor een maximale periode van drie maanden bestaat er de mogelijkheid om in het buitenland naar werk te zoeken. Tijdens deze periode blijft het recht op een WW-uitkering behouden. Deze mogelijkheid geldt voor de landen van de Europese Unie (EU), de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland. Bij het zoeken naar werk in overige landen bestaat niet het recht op behoud van de WW-uitkering. Als een dergelijke poging mislukt en de betrokkene keert binnen drie maanden weer terug naar Nederland, dan wordt de WW-uitkering voortgezet. Is dit niet het geval, dan wordt de uitkering stopgezet. Als in andere, dan genoemde, landen werk wordt gezocht, dan bestaat er niet langer recht op een WW-uitkering.
- Een werkloze met een WW-uitkering heeft per jaar recht op twintig vakantiedagen. Tijdens deze dagen wordt de uitkering doorbetaald. Als de betrokkene een gedeelte van het jaar werkloos is, dan bestaat er recht op een evenredig deel van deze vakantiedagen. De weekenden, nationale feestdagen en algemeen erkende christelijke feestdagen (die op een werkdag vallen), worden niet van de vakantiedagen afgetrokken.
- Als een uitkeringsgerechtigde een WW-uitkering krijgt, mag hij vrijwilligerswerk doen. Maar de werkloze dient wel direct aan de slag kunnen als er passend werk aangeboden wordt. De uitkeringsgerechtigde kan ook, als hij toestemming heeft van het UWV, bezig gaan met de start van een eigen bedrijf, eventueel met behoud van de uitkering.
Plichten voor de werkloze
Een werkloze met een WW-uitkering is gehouden om zo snel als mogelijk weer aan het werk te gaan. Met het UWV Werkbedrijf worden afspraken gemaakt over de procedure voor het zoeken naar werk. Wanneer er een aanbieding komt voor passend werk, dan moet dit worden aangenomen.
De sollicitatieplicht betekent dat de werkloze verplicht is te solliciteren. Deze verplichting ontstaat zodra het duidelijk is dat de werkloosheid intreedt, in veel gevallen begint dit al voor de feitelijke werkloosheid. Voor het einde van de opzegtermijn dient de werkloze te gaan solliciteren. In het begin van de werkloosheid mag er gezocht worden naar werk dat aansluit bij de opleiding en werkervaring van de uitkeringsgerechtigde. Na 6 maanden wordt ieder werk als passend aangemerkt. Dit betekent dat er na de 6 maanden ook gezocht moet worden naar werk dat niet aansluit bij het opleidingsniveau en de werkervaring of werk waarbij minder wordt verdiend dan de uitkering. Ook tijdelijk werk is passend werk.
Na 3 maanden zal het UWV Werkbedrijf kijken naar de inspanningen omtrent het zoeken van werk. Het UWV kijkt of de werkloze zich voldoende heeft ingespannen voor het vinden van ander werk, in het bijzonder of de daarbij gemaakte afspraken zijn nagekomen. Als dit laatste niet het geval is, kan het UWV de uitkering verlagen.
De werkloze is verplicht veranderingen door te geven. Deze kunnen namelijk van invloed zijn op de uitkering. In de volgende situaties dient de werkloze deze wijzigingen door te geven: wijzigingen in de persoonlijke gegevens, leefsituatie of gezinssituatie, wijzigingen in inkomsten die niet uit werk komen. Daarnaast dient de werkloze door te geven wanneer hij vakantiedagen opneemt, ziek is geworden, gaat werken of het aantal uren dat gewerkt wordt is veranderd, de inkomsten van de werkloze of zijn partner zijn veranderd, wanneer de werkloze een toeslag van UWV. Ook de start of beëindiging van een opleiding dient gemeld te worden.
Een werkloze kan de WW-uitkering tijdelijk stopzetten als deze weer voor (bijna) hetzelfde aantal uren aan het werk is als het aantal uren waarvoor de werknemer werkloos werd. Bijna betekent dat het verschil minder is dan 5 uur. Naast deze uren werk, dient het inkomen ook minder dan 87,5% van het WW-maandloon te zijn. De “werkloze” kan dan aan het UWV doorgeven dat de uitkering stop wordt gezet. Binnen zes maanden kan de “werkloze” de uitkering weer hervatten, zonder dat deze onderbreking door het stop zetten in mindering komt op de totale duur van de uitkering. Na 6 maanden is hervatting van de vorige WW-uitkering niet meer mogelijk en dient er een nieuwe aanvraag van de WW-uitkering ingediend te worden, met mogelijk nadelige gevolgen voor de omvang en duur van de uitkering.
Uitzonderingen sollicitatieplicht
De werkloze is niet verplicht te solliciteren wanneer hij nog slechts 1 jaar is verwijderd van de pensioengerechtigde AOW-leeftijd of wanneer hij een opleiding volgt die als noodzakelijk is beoordeeld voor de re-integratie. Dat geldt ook als de uitkeringsgerechtigde werkt op basis van een proefplaatsing of juist niet kan werken wegens onwerkbaar weer of werktijdverkorting.
De werkloze hoeft evenmin te solliciteren als er sprake is van intensieve mantelzorg, dan wel wanneer er een calamiteit in de gezinssituatie is ontstaan, hierbij moet gedacht worden aan een sterfgeval of een ernstig zieke. Hiervoor geldt ook dat een beslissing van het UWV wordt gevraagd.
Een werkloze kan een eigen bedrijf opstarten en hoeft dan niet te solliciteren. De inkomsten hieruit worden voor 70 % verrekend met de uitkering. De combinatie WW-uitkering en eigen bedrijf wordt toegestaan voor zes maanden, waarna een harde keuze gemaakt moet worden. De werkloze met een eigen bedrijf moet namelijk na zes maanden beslissen of het eigen bedrijf wordt voortgezet en daarmee de uitkering stopt, dan wel dat het eigen bedrijf wordt gestaakt.
De verplichting tot solliciteren wordt opgeschoven als de uitkeringsgerechtigde voldoende inspanningen heeft geleverd om een andere baan te vinden, maar dit is niet gelukt. Dit doet zich niet snel voor en vereist altijd een beslissing van het UWV zelf. In dat geval moet de uitkeringsgerechtigde in het kader van een re-integratietraject minimaal twintig uur vrijwilligerswerk gaan doen.
Hulp UWV voor werkzoekende
Het UWV Werkbedrijf biedt, desgewenst, ondersteuning bij het zoeken naar ander werk. Deze hulp kan ook al worden ingeschakeld voordat de werkloosheid daadwerkelijk intreedt, er moet dan aangetoond worden dat het ontslag binnen vier maanden zal plaatsvinden. Als dat het geval is kan er een beroep gedaan worden op de hulp van het UWV. Zij stellen een werkcoach aan die afspraken maakt over de manier waarop werk gezocht gaat worden en wat de omvang is van de sollicitatieplicht.
Verder heeft het UWV een aantal mogelijkheden om de kans op werk te vergroten:
- Er bestaat een mogelijkheid om (voor een periode van maximaal drie maanden) op proef bij een bedrijf te gaan werken. Deze mogelijkheid wordt alleen aangeboden als de kans op werk erg klein is.
- Het UWV Werkbedrijf organiseert workshops over het zoeken naar werk. Hier wordt bijvoorbeeld aandacht besteed aan het schrijven van een sollicitatiebrief, of het voeren van een sollicitatiegesprek.
- Het kan nodig zijn om bijgeschoold te worden, door middel van een cursus of opleiding. Tijdens deze scholing blijft het recht op een uitkering behouden. Het UWV moet toestemming geven voor de scholing. De opleiding mag maximaal één jaar gevolgd worden. Twee maanden voordat de opleiding wordt afgerond, moet er een begin gemaakt worden met solliciteren. Als tijdens de opleiding de maximale uitkeringsduur wordt bereikt, dan loopt de WW-uitkering af. Ook in het geval de opleiding nog niet is afgerond. Echter geldt dit niet wanneer na een eenmalige herbeoordeling vanuit de WAO de gerechtigde geheel of gedeeltelijk in de WW terechtkomt. Dan wordt de duur van de WW-uitkering verlengd (in het geval dat de uitkering afloopt tijdens de opleiding. De uitkering wordt dan tot het einde van de opleiding verstrekt.
- Wanneer de kans op werk dermate klein is, is er de mogelijkheid om een re-integratietraject te volgen. Tijdens dit traject zal de betrokkene begeleid worden door een re-integratiebedrijf. Ook kan gebruik gemaakt worden van een ander re-integratieplan, als een dergelijk plan voor handen is. In dit geval kan er gekozen worden voor een individuele re-integratieovereenkomst.
Wat is een passende vergoeding bij ontslag?
- Datum in dienst
- Brutoloon per maand
- Wat is de reden van ontslag?
Met onze gratis toolbox rekent u alles tot in detail door: Toolbox ontslagkosten
Bespreek uw mogelijkheden gratis met een specialist: Toolbox ontslagkosten
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 3 over het einde van een dienstverband. U vindt hierin informatie over:
3.1. Arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege
3.2. Arbeidsovereenkomst eindigt met wederzijds goedvinden
3.5. Ontbinding arbeidsovereenkomst door kantonrechter (overige gronden)
3.6. Ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst en overlijden
3.7. Werkloosheid
3.8. Sociaal-plan en outplacement
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.