In dit hoofdstuk gaat het om de situatie waarbij de werkgever te veel of te weinig loonbelasting en premies heeft ingehouden en afgedragen. Voor de situatie dat de werkgever te weinig loon heeft betaald aan de medewerker, wordt verwezen naar hoofdstuk 4.1. (4.1.5.). Heeft de werkgever te veel loon betaald, zie dan hoofdstuk 4.5.3.2.D. over negatief (te veel betaalt) loon (4.5.3.2.D.).
Te veel loonbelasting en premies volksverzekering ingehouden en afgedragen
Doordat de werkgever het te veel ingehouden bedrag reeds heeft afgedragen, kan hij de fout niet zelf corrigeren. De werkgever geeft schriftelijk aan de belastingdienst door dat er een fout is gemaakt bij de berekening en hij verzoekt om teruggaaf. Ook de medewerker kan dit verzoek indienen, om zo een restitutie te krijgen van de te veel ingehouden bedragen. Dit vindt mogelijk plaats door een berekening van de inkomstenbelasting aan het einde van het jaar, waarbij de te veel betaalde belasting en premies gecorrigeerd kunnen worden. Ontstaat er geen eensgezindheid over de vraag hoe hoog de inhouding moet zijn, dan kan de medewerker bezwaar aantekenen en in beroep gaan.
Te weinig loonbelasting en premies volksverzekering ingehouden en afgedragen
In dit geval krijgt de werkgever doorgaans een naheffingsaanslag opgelegd en is hij mogelijk een boete verschuldigd. Er wordt geen of een lage verzuimboete opgelegd als de werkgever het te weinig betaalde zelf meldt en direct betaalt. Voorwaarde is dan wel dat de belastingdienst met het verzuim nog niet bekend is, alsmede dat het verzuim niet groot is (het verschil in aangifte is minder dan € 1.134,– of 10 % van de totale aangifte). Daarnaast kan een boete ingetrokken of achterwege gelaten worden, als de werkgever afwezigheid van alle schuld aantoont.
De boeten voor het niet, niet tijdig of niet juist doen van aangifte en betalen:
- een verzuimboete van 10 % van de som, voor het niet (tijdig) betalen, met een maximum van € 4.537,–.
- een vergrijpboete van 25 % als de werkgever grove schuld bij het niet (tijdig) betalen heeft, in geval van opzet een vergrijpboete van 50 %.
Mocht het niet, niet juist of niet tijdig doen van aangifte boven tafel komen, dan gebeurt dat vaak bij de jaarlijkse controle van de loonstaten en dergelijke. Blijkt er van het niet tijdig betalen van een bedrag tot € 1.134,– , dan zal er doorgaans met een verzuimboete van 10 % volstaan worden. Er wordt dan geen grove schuld of opzet verondersteld. Dat geldt ook als het gaat om een verzuim van tussen de € 1.134,– en € 11.334,– , waarbij dat verzuim niet meer is dan 10 % van de totaal af te dragen loonbelasting en premies volksverzekering. Is het verzuimde bedrag tussen de € 1.134,– en € 11.334,– en meer dan 10 % van de af te dragen loonheffing, dan volgt een onderzoek naar het verzuimgedrag. Blijkt er van grove schuld of opzet, dan wordt er niet meer gesproken over een verzuim maar over vergrijp en volgt een vergrijpboete van 25 % respectievelijk 50 %. Bij gebreke van grove schuld of opzet volgt een verzuimboete van 10 % . In geval de te weinig betaalde bedragen boven de € 11.334,– komen, gaat het mogelijk om een delict dat vervolgd zal worden.
Het is ongebruikelijk dat de werkgever de te weinig betaalde bedragen doorberekent aan de medewerker. Een werkgever die dit toch wil, neemt hierover contact op met de belastinginspecteur. De werkgever kan te weinig betaalde loonbelasting en premies volksverzekering mogelijk met toekomstige loonbetalingen van de medewerker verrekenen. Daarvoor is nodig dat de medewerker hiermee uitdrukkelijk (schriftelijk) instemt (4.1.8.). Is verrekening niet mogelijk, dan zal de werkgever een vordering bij de medewerker moeten indienen, voor datgene dat hij alsnog voor die medewerker moest inhouden en afdragen. Een dergelijke vordering zal niet slagen, als de medewerker aannemelijk maakt dat hij een nettovergoeding heeft ontvangen, waarover geen inhoudingen moeten plaatsvinden.
Doorgaans wordt de naheffing als eindheffing opgelegd, dat de werkgever niet doorberekent aan een medewerker (4.5.6.).
Te veel of te weinig premies werknemersverzekeringen ingehouden
De uitvoeringsinstelling bepaalt of het totaal van de op de voorschotnota’s betaalde bedragen voldoende, dan wel te veel of te laag zijn. In de laatste gevallen volgt er een correctie. Het niet (op tijd) betalen, een onjuiste of onvolledige opgave en overtreding van de 5%-regeling, zijn drie verschillende overtredingen die kunnen leiden tot een boete. Bij de 5%-regeling gaat het om het doorgeven van belangrijke veranderingen in de totale loonsom van meer dan 5 % en minimaal € 2.269,–. De omvang van de boete is afhankelijk van de aard van de overtreding (welke van de drie). Bij herhaling van een zelfde overtreding zal de boete minimaal verdubbelen. Heeft een werkgever vijf jaar achter elkaar een onvolledige aangifte gedaan en is hij daar na het vierde jaar op gewezen, dan is een herhaling van die overtreding in het vijfde jaar te zien als zijn tweede overtreding. De boete bedraagt bij een derde en meer overtredingen maximaal 10 % van de verschuldigde premies. Bij opzet of grove schuld is het percentage maximaal 50 %. In geval van omvangrijke fraude gaat het om maximaal 100 %, waarbij gedacht wordt aan een verzuim van meer dan 20 % van de totaal verschuldigde premies, wat bovendien meer is dan € 4.537,–.
De hoogte van de boete is afhankelijk van de ernst van de gedragingen, de verwijtbaarheid van de werkgever en de omstandigheden waarin hij verkeert. Daardoor volgt er geen boete als hem geen enkel verwijt gemaakt kan worden. Als ook wanneer de omstandigheden waarin de werkgever verkeert dringende redenen opleveren, waarbij van een boete af wordt gezien. De boete blijft mogelijk eveneens achterwege als de werkgever het verzuim herstelt, voordat hij weet of kan vermoeden dat de uitvoeringsinstelling van het verzuim op de hoogte is.
De werkgever kan geen verhaal zoeken op de medewerker, aangezien niet de medewerker maar de werkgever de premies verschuldigd is. Een werkgever kan te weinig ingehouden premies dus niet verrekenen met het toekomstige loon van de medewerker. Een medewerker is overigens gehouden om de uitvoeringsinstelling op de hoogte te stellen als zijn werkgever zijn verplichtingen niet nakomt, aangaande de inhouding van werknemersverzekeringen.
Werkt een medewerker met een hoog loon bij meerdere werkgevers, dan kan zich de situatie voordoen dat er te veel premies zijn betaald. Bij iedere werkgever wordt in eerste instantie rekening gehouden met het maximum premiedagloon (€ 223,40 in 2021). Ontvangt de medewerker meer loon, dan betekent dit dat zijn werkgevers te veel premies betalen. Achteraf kan er uitgerekend worden welk evenredig deel van het maximum voor hun rekening komt, oftewel tot welk bedrag zij premies verschuldigd waren. In dergelijke omstandigheden hebben die werkgevers recht op teruggaaf (of verrekening) van de te veel betaalde premies. Door het loon van iedere werkgever uit te drukken in een percentage van het totale loon van de medewerker, kan met die percentages bepaald worden over welk deel van het premiedagloon zij maximaal premies moeten betalen. De werkgever die het meeste loon betaalt, betaalt ook de meeste premies, aangezien voor hem een groter deel van het premiedagloon geldt.
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 4 over de arbeidsvoorwaarden. Oftewel de tegenprestatie waarvoor werknemers bij een werkgever werken op grond van de arbeidsovereenkomst. U vindt in dit deel informatie over:
4.1. Loon (o.a. minimumloon, tijdstip betalen, loon vorderen, beslag)
4.2. Vakantie (o.a. vakantierechten opbouwen en opnemen, vakantiegeld)
4.3. Pensioen (o.a. opbouwen, afkopen, einde dienstverband)
4.4 VUT-regeling
4.5. Afdracht van loonbelasting en premies
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.