Hoofdstuk 4.2.2.2. Opnemen van de vakantie- en snipperdagen
Stimuleren van vakantieopname
Voor de werkgever geldt de verplichting om de werknemer in de gelegenheid te stellen om zijn minimum aan vakantierechten (zijnde vier maal de overeengekomen arbeidsduur per week) op te nemen. Voor het opnemen van vakantie is het uitgangspunt dat de werkgever de vakantie vaststelt overeenkomstig de wensen van de werknemer, tenzij gewichtige redenen zich daartegen verzetten.
Verhinderde dagen tijdens de vakantie
Het is mogelijk dat voordat de vakantie begint, de medewerker aan de werkgever mededeelt dat hij op bepaalde dagen verhinderd is om zijn werk te verrichten en deze dagen daarom ook geen vakantiedagen zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan cursusdagen voor de ondernemingsraad, of ziektedagen die zullen volgen na een behandeling etc.
Snipperdagen
Dit zijn vakantiedagen die niet aaneengesloten worden opgenomen. Deze dagen kunnen gedurende het hele jaar genoten worden, wat doorgaans op verzoek van de medewerker wordt toegewezen door de werkgever. De werkgever kan die dagen vaststellen als er gewichtige redenen bestaan tegen een verzoek van de medewerker of wanneer een schriftelijke (arbeids)overeenkomst of CAO dit bepaalt. Daarbij moet de werkgever er rekening mee houden, dat de medewerker die meer dan twee weken vakantie op kan nemen, deze mogelijkheid niet verliest door het vaststellen van snipperdagen door de werkgever.
Halve vakantiedagen of opnemen snipperuren
Vakantie wordt in beginsel per dag opgenomen. Op verzoek of met instemming van de medewerker kunnen de dagen per halve dag of een bepaald aantal uren opgenomen worden. Dan wordt ieder opgenomen uur van het vakantierecht afgehaald, terwijl het loon per uur wordt doorbetaald.
Verhinderde dagen aanmerken als (boven-wettelijke) vakantiedagen
Stemt de medewerker hiermee in, dan kunnen de hierna te noemen (halve) dagen aangemerkt worden als vakantiedagen (art 7:636 BW). De regeling komt er op neer, dat telkens instemming wordt gevraagd als deze dagen zich gaan voordoen, of voorgedaan hebben. Verkrijgt de werkgever instemming, dan gaat het om vakantiedagen, waarover de werkgever vakantiegeld dient uit te betalen, waarvoor de aanspraak op vakantiedagen van de medewerker afneemt.
Dit aanmerken van verhinderde dagen als vakantiedagen kan echter alleen voor boven-wettelijke vakantierechten, oftewel de vakantierechten die een medewerker meer heeft dan het wettelijk minimum. Het gaat bijvoorbeeld om minimaal 20 vakantiedagen voor een medewerker met een vijfdaagse werkweek en minimaal 12 dagen voor een medewerker die drie dagen per week werkt (4.2.1.). Slechts de dagen boven dit minimum kunnen in geval van verhindering gebruikt worden, door verhinderde dagen als (boven-wettelijke) vakantiedagen aan te laten merken.
Het gaat om de volgende verhinderde (halve) dagen die als vakantiedagen bestempeld kunnen worden. Tenminste als de medewerker daarmee per keer instemt.
Dagen waarop de medewerk(st)er aanspraak maakt op loon i.v.m. afwezigheid door ziekte
Voor deze dagen kan de medewerk(st)er instemming verlenen dat deze als vakantiedagen aangemerkt worden. Dat wil zeggen dat hij/zij in plaats van het ziekengeld 100% uitbetaald krijgt, terwijl de opgebouwde vakantierechten afnemen.
(halve) dagen waarop de medewerker in beginsel geen recht op loon heeft
- Dit zijn dagen waarbij de medewerker is opgeroepen als dienstplichtige voor militaire of vervangende dienst, waarbij het niet gaat om een opleiding of een (herhalings)oefening (4.2.1.1.).
- Dagen waarbij de medewerker verlof neemt doordat hij recht op vakantiedagen had bij een vorige werkgever die hij bij deze niet heeft opgenomen (4.2.3.).
- Als ook om (halve) dagen waarbij de medewerker met toestemming van de werkgever deelneemt aan een bijeenkomst die wordt georganiseerd door een vakvereniging waarvan hij lid is (4.2.1.1.).
- Daarnaast om (halve) dagen waarbij de medewerker tegen zijn wil verhinderd is arbeid te verrichten (4.2.1.1.). Dat kan zich bijvoorbeeld voordoen, als hij niet kan werken doordat anderen staken, doordat het slecht weer is of doordat er te weinig werk is. In dergelijke omstandigheden verschilt het per situatie of er recht op loon bestaat (4.1.3.1.).
- Alsmede dagen voor (politiek)verlof (2.4.9.)
Op bovenstaande dagen heeft de medewerker mogelijk geen aanspraak op loon. Door deze dagen als vakantiedagen aan te merken krijgt de medewerker hierover vakantiegeld, waarvoor de dagen waarop hij vakantie kan opnemen afnemen. Een cao of arbeidsovereenkomst kan bepalen dat de medewerker op deze dagen wel recht op loon heeft. In dat geval stemt de medewerker in beginsel alleen in met het aanmerken van deze dagen als vakantiedagen, waardoor hij naast vakantiegeld ook loon ontvangt. Dit vakantiegeld is een compensatie voor het afnemen van het recht op vakantiedagen.
Naast genoemde rechten kan de situatie zich ook voordoen dat de medewerker op een dag vrij heeft genomen zonder instemming van zijn werkgever. Op deze dag heeft de medewerker natuurlijk geen recht op loon. Het is mogelijk dat partijen onderling overeenkomen dat deze dag als een vakantiedag wordt beschouwd, waardoor de medewerker vakantiegeld krijgt uitbetaald en zijn vakantierecht afneemt. Hoewel dit niet in de wet genoemd worden, sluit deze regeling wel bij voorgaande aan en zal dit niet snel tot problemen leiden, aangezien zowel de medewerker als werkgever hiermee instemmen.
Dagen waarop de medewerk(st)er aanspraak maakt op ziekengeld i.v.m. zwangerschap / bevalling, kunnen niet als vakantie aangemerkt worden (art 7:636-2 BW)
Ziektedagen als boven-wettelijke-vakantiedagen aanmerken
Voor de dagen dat de medewerker verhinderd is wegens ziekte, kan een schriftelijke (arbeids)overeenkomst bepalen dat deze dagen ten koste van zijn aanspraak op vakantie gaan. De overeenkomst kan (daarnaast) ook bepalen dat ziektedagen gedurende de vakantie van de medewerker, tevens als vakantiedagen aangemerkt worden. Voorgaande kan alleen overeengekomen worden, voor zover de medewerker minimaal recht blijft houden op het wettelijke minimum aan vakantiedagen. Dat minimum is 4 keer het (gemiddeld) aantal arbeidsuren per week. Afromen van het meerdere is dus mogelijk, als een overeenkomst dit bepaalt. In dat geval is zowel sprake van een ziekte- als een vakantiedag, waardoor de medewerker naast loon over de vakantiedag, ook loon krijgt over de ziektedag (tenzij hij normaal over ziektedagen geen loon doorbetaald krijgt). Voorgaande geldt dus alleen voor de bovenwettelijke vakantierechten, oftewel de vakantierechten waarop de medewerker recht heeft ingevolge een (collectieve) arbeidsovereenkomst. Er moet goed in de gaten gehouden worden of het afnemen van deze bovenwettelijke vakantierechten niet in strijd is met de cao (art 7:637 BW).
Voor andere dagen als ziektedagen moet de werkgever wel per keer de instemming van de medewerker vragen voordat deze dagen als vakantiedagen aangemerkt kunnen worden.
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 4 over de arbeidsvoorwaarden. Oftewel de tegenprestatie waarvoor werknemers bij een werkgever werken op grond van de arbeidsovereenkomst. U vindt in dit deel informatie over:
4.1. Loon (o.a. minimumloon, tijdstip betalen, loon vorderen, beslag)
4.2. Vakantie (o.a. vakantierechten opbouwen en opnemen, vakantiegeld)
4.3. Pensioen (o.a. opbouwen, afkopen, einde dienstverband)
4.4 VUT-regeling
4.5. Afdracht van loonbelasting en premies
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.