Wat behoort er tot het loon?
Bij het berekenen van de inhoudingen op het loon moet er als eerste duidelijkheid verkregen worden over de vraag wat er wel en wat er niet tot het loon behoort (4.5.3.). Datgene wat er tot het loon behoort, is het uitgangspunt voor de volgende twee berekeningen.
Berekening loonbelasting en premies volksverzekering (4.5.1.7.)
Deze berekening vindt plaats over de termijn waarover het loon wordt verstrekt, dus bijvoorbeeld over het loon over een week, maand of jaar. Hieronder worden de bedragen op jaarbasis genoemd die zo nodig omgerekend moeten worden naar een kortere tijdvak.
Loon | € …………….. |
Werknemersdeel premies WW € …………. | € …………….. |
___________- | |
Loon voor berekening bijdrage zorgverzekeringswet | € …………….. |
Werkgeversbijdrage zorgverzekeringswet, zijnde een verhoging van 6,75% (2016) (4.5.3.1.) | € …………….. |
___________- | |
Grondslag voor berekening loonheffing | € …………….. |
Er zijn nu twee mogelijkheden afhankelijk van het wel of niet toepassen van de loonbelastingtabel:
A. berekening met tabellen.
B. berekening zonder tabellen.
A. Berekening met tabellen:
Het Tussenloon wordt opgezocht in de loonbelastingtabel.
Bij een tussenloon van € ………………… is de loonheffing: € …………………..
In de tabellen is de loonheffingskorting verwerkt (4.5.1.5.).
B. Berekening zonder tabellen:
Het tussenloon is de belastbare som waarover de inhoudingen plaatsvinden
Tussenloon = belastbare som van: € ……………………
Toepassen percentages op belastbare som
Indien de belastbare som lager is dan € 19.922,00 (2016)
Loonheffing = belastbare som ….. X 36,55 % (2016) = | € ……………… |
Heffingskorting (4.5.1.5.) | € ……………… |
___________- | |
Inhouding
|
€ ……………… |
Indien belastbare som hoger is dan € 19.922,00 maar lager dan € 33.715,00:
€ 19.922,00 X 36,55 % | € 7.281,49 |
Belastbare som: ……………… – € 19.922,00 = ……………… X 40,2 % = | € ……………… |
___________- | |
Heffingskorting (4.5.1.5.) | € ……………… |
___________- | |
Inhouding
|
€ ……………… |
Indien belastbare som hoger is dan € 33.715,00 maar lager dan € 66.421,00:
€ 19.922,00 X 36,55 % = | € 7.281,49 |
( € 33.715,00 min € 19.922,00-) X 40,2 % = | € 5.544,79 |
___________- | |
Loonheffing over € 33.715,00 = | € 13.553,43 |
Belastbare som: ……………… – € 66.421,00 = ……………… X 40,2 % | € ……………… |
___________- | |
Heffingskorting (4.5.1.5.) | € ……………… |
___________- | |
Inhouding
|
€ ……………… |
Indien de belastbare som hoger is dan € 66.421,00:
€ 19.922,00 X 36,55% = | € 7.281,49 |
(€ 33.715,00 min € 19.922,00) X 40,2 % = | € 5.544,79 |
( € 66.421,00 min € 33.715,00) X 40,2 % | € 13.147,81 |
___________- | |
Loonheffing over € 66.422,00 = | € 34.539,44 |
Belastbare som: ……………… – € 66.422,00 = ……………… X 52 % = | € ……………… |
___________- | |
Heffingskorting (4.5.1.5.) | € ……………… |
___________- | |
Inhouding
|
€ ……………… |
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 4 over de arbeidsvoorwaarden. Oftewel de tegenprestatie waarvoor werknemers bij een werkgever werken op grond van de arbeidsovereenkomst. U vindt in dit deel informatie over:
4.1. Loon (o.a. minimumloon, tijdstip betalen, loon vorderen, beslag)
4.2. Vakantie (o.a. vakantierechten opbouwen en opnemen, vakantiegeld)
4.3. Pensioen (o.a. opbouwen, afkopen, einde dienstverband)
4.4 VUT-regeling
4.5. Afdracht van loonbelasting en premies
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.