Er kunnen bijzondere situaties of regelingen gelden die samenhangen met het recht op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet.
Een WW-uitkering naast een arbeidsongeschiktheidsuitkering?
Of een werknemer, die een arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft, ook een WW-uitkering kan krijgen is afhankelijk van de mate waarin de werknemer arbeidsongeschikt is en welke uitkering hij daarvoor ontvangt.
Op grond van de WIA krijgt een werknemer die gedeeltelijk arbeidsgeschikt is geworden in of na 2006, een WGA-uitkering krijgt die het loon in principe aanvult. Er is dan geen aanspraak mogelijk op een WW-uitkering. Wanneer het loon echter wegvalt, is het mogelijk voor dit deel een WW-uitkering aan te vragen. Als de betrokkene recht heeft op een IVA-uitkering, omdat hij op grond van de WIA volledig arbeidsongeschikt is, dan heeft de werknemer meestal geen recht op een WW-uitkering.
Wanneer er recht bestaat op een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), derhalve vóór 2006, dan bestaat er géén recht op een WW-uitkering. Dit kan alleen in het geval wanneer er na een herbeoordeling verklaard wordt, dat de betrokkene weer gedeeltelijk arbeidsgeschikt is, maar er nog geen passend werk is gevonden. In deze situatie hoeft er niet voldaan te worden aan de, hiervoor reeds besproken, jareneis van de WW.
Ziekte en WW
In geval van ziekte moet hier een melding van gemaakt worden bij het UWV. Dit dient te gebeuren op de eerste ziektedag. Als de periode van ziekte minder dan dertien weken duurt, dan loopt de WW-uitkering door. Als de periode van dertien weken wordt overschreden, wordt de uitkering na 13 weken een uitkering op grond van de Ziektewet. Van belang is dat tijdens ziekte de sollicitatieplicht wel gewoon doorloopt. Er dient naar vermogen te worden gesolliciteerd (en zo nodig een opleiding gevolgd te worden).
WW-uitkering bij overlijden
Wanneer de uitkeringsgerechtigde komt te overlijden, dan stopt de WW-uitkering. De nabestaanden kunnen een overlijdensuitkering aanvragen, deze uitkering is gelijk aan één bruto maand WW-uitkering, het opgebouwde vakantiegeld wordt door het UWV ook meteen berekend en vervolgens uitgekeerd.
WW-uitkering en pensioen
Een werknemer verliest wanneer hij werkloos wordt niet alleen zijn werk, maar ook een deel van zijn inkomen. Ook de opbouw van pensioen kan stoppen. Hierdoor kan het pensioen dat de werknemer later naast uw AOW ontvangt lager uitvallen dan verwacht.
Er kan afgesproken worden dat de werknemer onder voorwaarden de mogelijkheid heeft om zijn pensioen vrijwillig voort te zetten. De werknemer dient dan de volledige pensioenpremie, het werkgevers en het werknemersgedeelte, te betalen.
Als een werknemer 40 jaar of ouder is wanneer hij werkloos wordt, kan de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP) onder voorwaarden kosteloos een bijdrage aan de beperking van de pensioenbreuk bij werkloosheid leveren. Werknemers die op of na 1 januari 2011 WW-gerechtigd worden, komen echter niet meer in aanmerking voor een FVP-bijdrage. FVP heeft de intentie om het recht op FVP-bijdrage van werknemers die nu WW-gerechtigd zijn én voor 1 januari 2011 werkloos worden zoveel mogelijk ongemoeid te laten.
Verder zoeken
Deze pagina is onderdeel van hoofdstuk 3 over het einde van een dienstverband. U vindt hierin informatie over:
3.1. Einde met wederzijds goedvinden en de vaststellingsovereenkomst
3.2. Einde arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege
3.3. Ontbinding dienstverband door kantonrechter
3.7. Werkloosheid en WW-uitkering
3.8. Sociaalplan en outplacement
Zoekt u een ander onderwerp, zie dan onze trefwoorden of inhoudsopgave.